Ontelbare voetstappen heb ik er liggen,
maar de afdrukken zijn allang versleten.
IJsselstein, mijn stad
waar ik niet
ben geboren, maar wel getogen.
Te lang bleef ik er weg,
kort terug kwam ik er
weer.
Mijn toekomst van toen
is heden een deel van mijn verleden.
De ouderdom van mijn
jeugd
De
stadspoorten bewaken al eeuwenlang de toegang tot het historische centrum. Slapende wachters, aangetast door de tand
des tijds. Juist zij wekken mijn herinneringen tot leven. Ook van wat niet meer bestaat, zoals het snoepwinkeltje aan de
Voorstraat. 'Dat is dan twee
cent!' zei Sientje van Zelst terwijl ze de duimdrop in een papieren puntzakje deed.
Het verbaast me dat de straten
nauwer en de huizen kleiner zijn dan wat mijn kinderogen zagen. In de Benschopperstraat was het manufacturenwinkeltje. Mijn moeder, die handwerkjuffrouw op school was, haalde
er knopen en garen. In de etalage hing vele jaren later nog een vergeelde borstrok met een kladpapiertje erop: fl. 2,99.
De langgerekte smalle strook van het Kronenburgplantsoen bepaalt nog altijd de afstand van de r.k. basiliek tot de hervormde kerk. Een wilg laat haar takken hangen tot in het water langs het plantsoen. Alsof ze treurt om het verloren kasteel waar ooit de Heren van IJsselstein woonden. Alleen de overgebleven kasteeltoren getuigt van de roem uit vervlogen tijden. Ik zoek tevergeefs naar de School met de Bijbel. Maar ze is verdwenen, tezamen met die geur van natte kinderjassen.
De jeugd van mijn ouderdom
De beelden uit mijn jeugd maken me weer tot het jongentje dat achter de joelende kinderen aanliep. Hun spot betrof een oude gebogen man met een nog krommere wandelstok. 'Pak me dan - als je kan - je kan me lekker niet krijgen.' Als hij zich plots omkeert, stuift het grut alle kanten op. Ik struikel in het gedrang. Een onverwacht stevige hand omklemt mijn arm. Dikke tranen biggelen langs mijn wang. Dan laat hij me los en snauwt: 'Jij hoort niet bij hen jochie. Zorg dat je voetstappen een andere kant opgaan!'
Een eeuwigheid geleden lijkt als de dag van gisteren. De wind trekt opnieuw aan de vastgezette wieken van molen de Windotter. De gerestaureerde stadsmuur bij het Molenplantsoen toont waarom IJsselstein is verkozen tot meest geliefde vestingstad van Nederland.
Er trekt al gakkend een koppel ganzen over. Ze vliegen in de richting van de Lek. De rivier kronkelt kilometers verderop als een slang door het landschap. Als ik de ganzen nakijk, blijft mijn oog rusten op de televisietoren waar mijn vader lang heeft gewerkt. Vanaf zijn hoge positie had hij een prachtig uitzicht over IJsselstein. Ik kan een glimlach niet onderdrukken als ik er weer aan denk. Als kind twijfelde ik er niet aan dat hij van daaruit zag als wij speelden voor de deur van ons huis.
De langgerekte smalle strook van het Kronenburgplantsoen bepaalt nog altijd de afstand van de r.k. basiliek tot de hervormde kerk. Een wilg laat haar takken hangen tot in het water langs het plantsoen. Alsof ze treurt om het verloren kasteel waar ooit de Heren van IJsselstein woonden. Alleen de overgebleven kasteeltoren getuigt van de roem uit vervlogen tijden. Ik zoek tevergeefs naar de School met de Bijbel. Maar ze is verdwenen, tezamen met die geur van natte kinderjassen.
De jeugd van mijn ouderdom
De beelden uit mijn jeugd maken me weer tot het jongentje dat achter de joelende kinderen aanliep. Hun spot betrof een oude gebogen man met een nog krommere wandelstok. 'Pak me dan - als je kan - je kan me lekker niet krijgen.' Als hij zich plots omkeert, stuift het grut alle kanten op. Ik struikel in het gedrang. Een onverwacht stevige hand omklemt mijn arm. Dikke tranen biggelen langs mijn wang. Dan laat hij me los en snauwt: 'Jij hoort niet bij hen jochie. Zorg dat je voetstappen een andere kant opgaan!'
Een eeuwigheid geleden lijkt als de dag van gisteren. De wind trekt opnieuw aan de vastgezette wieken van molen de Windotter. De gerestaureerde stadsmuur bij het Molenplantsoen toont waarom IJsselstein is verkozen tot meest geliefde vestingstad van Nederland.
Er trekt al gakkend een koppel ganzen over. Ze vliegen in de richting van de Lek. De rivier kronkelt kilometers verderop als een slang door het landschap. Als ik de ganzen nakijk, blijft mijn oog rusten op de televisietoren waar mijn vader lang heeft gewerkt. Vanaf zijn hoge positie had hij een prachtig uitzicht over IJsselstein. Ik kan een glimlach niet onderdrukken als ik er weer aan denk. Als kind twijfelde ik er niet aan dat hij van daaruit zag als wij speelden voor de deur van ons huis.
Herinnering is een straat met deuren
En in één daarvan woonde ik.
Nu woont er een ander kind in mijn huis,
Nieuwe voetstappen vinden een weg
in IJsselstein, mijn stad.
De voetstappen uit mijn kindertijd,
zijn vervaagd tot herinneringen.
Maar het kind in mij is nooit verdwenen.
Dit blog heb ik geschreven n.a.v. de reünie van de Middelbare school te IJsselstein
Wat leuk deze foto's en herinneringen Ron. Nostalgisch!
BeantwoordenVerwijderenDank je Wendy!
VerwijderenRon, stuur het in voor de Stadsgedichtenwedstrijd http://www.uitgeverijkontrast.nl/stadsgedichtenwedstrijd/
BeantwoordenVerwijderenHa, jouw gedicht herinner ik me nog Marja - gebroken glas.
VerwijderenMooie gedichten zeg! Brengt me terug naar mijn eigen vroegere tijden. Woon allang niet meer in de stad waar ik ben geboren en getogen (dat was Harderwijk, woonde vlak bij de boulevard), maar heb soms wel spijt dat ik er ben weg gegaan. Het blijft toch iets speciaals he. Mooie blog hoor!
BeantwoordenVerwijderenDank je Tineke. Herkenbaar om terug te verlangen naar het beeld dat we in goede dagen koesteren. En tegelijk te beseffen dat wat er was, niet meer is. Wat je nu herinnert, was toch anders.
VerwijderenHi Ron, sinds januari werk ik in Krimpenerwaard. Ik rij elke werkdag langs IJsselstein via de provenciale weg N210 richting Schoonhoven/Bergambacht en zwaai ik even naar de televisietoren van opa :-)
BeantwoordenVerwijderenEen mooie route om te rijden Soraya, hartelijke groet ;-)
VerwijderenWat een leuke foto trouwens van J&R. Het worden echte dames!
VerwijderenRon, wat heb ik je verhaal weer met veel plezier gelezen.
BeantwoordenVerwijderenWat me even stilzette was dat moment dat je werd toegesproken door die oude man. Heel bijzonder!
Dank je Dieneke. Ik had er niet meer aan gedacht totdat ik terug was in de sfeer van toen.
VerwijderenHeerlijk stukje poetry. Doet je verlangen naar vervlogen tijden en brengt voor elke lezer haar/zijn eigen herinneringen naar boven, denk ik. Dat sommige bijwoners zijn, wordt ons soms al jong duidelijk gemaakt ;-)
BeantwoordenVerwijderenLeuk om dit verhaal te lezen. Bijzonder wat die oude man tegen je zei.
BeantwoordenVerwijderen